In 1774 kocht Cornelius Poullet, pas benoemd tot tresorier van de Stad vanuit het visverkopersambacht, drie huisjes met houten gevel in de Hazestraat. Hij vroeg (en kreeg) toelating om deze te vervangen door een breedhuis met een stenen rococogevel. Omdat hij zijn nieuwe functie niet wilde misbruiken, vroeg Poullet geen accijnsvrijdom aan. Toch verleende het stadsbestuur zijn aanvraag “gratieus en sonder hesitatie”.
De later toegekende naam ‘Estrixhof’ verwijst naar Jan Frans Estrix, schoonzoon van Poullet en in het begin van de 19de eeuw burgemeester van Mechelen. Zie ook de bijgevoegde tekening uit die periode.
Sinds 2002 wordt het pand bewoond door Mirjam en Rogier. Mirjam vertelt:
“We woonden voordien buiten het centrum, maar wilden graag terug naar de stad. Dit huis sprak ons aan, mede vanwege de grote tuin. Zo bleven we toch wat verbonden met het landelijke. Dat het een beschermd monument was, beseften we pas later écht. Nu weten we: wonen in zo’n oud pand heeft zijn charme, maar ook zijn uitdagingen.
De authentieke elementen zijn prachtig: oude plafonds, muurschilderingen, beschilderd behang en houten vloeren. Maar in de winter zijn sommige ruimtes, zeker daar waar nog enkel glas is, moeilijk warm te krijgen. En er is altijd wel ergens een onverwachte herstelling nodig. Daar houden we intussen rekening mee. Toch overheerst vooral het plezier dat we mogen wonen op een plek met zo’n rijke geschiedenis.”
De bijgevoegde tekening uit het begin van de 19de eeuw toont het huis in de periode dat het zijn huidige naam kreeg.