Een bronzen standbeeld van holocaustslachtoffer Betty Galinsky schittert voortaan in het Mechelse Tinelpark, naast Kazerne Dossin. De Joodse pianolerares werd in 1942 door de Duitsers opgepakt en vanuit Mechelen gedeporteerd naar Auschwitz.
Daar stierf ze. Met een imposant kunstwerk van 4,60 meter hoog wil beeldhouwer Koenraad Tinel zijn vroegere pianolerares eren. Hij droomde ervan om haar standbeeld een plek te geven op deze symbolische locatie in Mechelen en daar ging het stadsbestuur graag op in.
Hechte band
Het kunstwerk is een eerbetoon aan de vermoorde Betty Galinsky. Beeldhouwer Koenraad Tinel, vandaag 90 jaar, kreeg als kind pianoles van haar. De twee hadden een hechte band, tot ze op een dag verdween. Tijdens de donkerste dagen van de Tweede Wereldoorlog werd ze vanuit Mechelen gedeporteerd en vond ze haar einde in de nazikampen. Haar nalatenschap, haar herinnering, leefde voort in het hart en de geest van Koenraad Tinel. En is nu vereeuwigd in dit kunstwerk van 4,60 m hoog, 1,65 m breed en 1,80 m diep. Het oorspronkelijke beeld was van cortenstaal, maar werd voor Mechelen in brons gegoten.
Koenraad Tinel is een afstammeling van de Mechelse componist Edgar Tinel, naar wie de straat en het park in Mechelen vernoemd zijn.
Het beeld straalt niet alleen artistieke schoonheid uit, maar draagt ook een diepe historische en emotionele lading. Het monument herinnert ons eraan dat we nooit mogen vergeten, maar staat ook symbool voor menselijke veerkracht en hoop op een betere toekomst.
Ik heb Betty Galinsky geboetseerd naar haar gelijkenis, naar de foto van haar, die al jarenlang in mijn atelier aan de muur hangt. Betty is dan ongeveer twintig jaar oud en draagt een grote hoed. Op de plaats van haar hart heb ik haar pianohand afgebeeld. Haar torso zit in een kist, alsof ze al gekooid is, daaronder komt haar kleed dat op een vlam lijkt. Betty is opgehangen in een stalen staketsel als symbool van de spoorweg die haar en zovele andere slachtoffers naar de vernietigingskampen bracht. Toen ik een tiental jaren geleden het eerste ontwerp aan het smeden was, zei mijn goede vriend Simon Gronowski mij: "Dit gaat niet alleen over Betty, dit is ook een monument voor mijn zus Ita."
En zo voelt het ook. Betty Galinsky brengt met haar verhaal ook andere slachtoffers tot leven en zorgt dat zij niet worden vergeten. Ook de vele slachtoffers in oorlogen vandaag. Als kind van nazigezinde ouders heb ik de gruwel van te dichtbij meegemaakt. Het is mijn hoop dat jonge mensen vandaag het monster, dat in ieder van ons huist, in de gaten houden. Blijf wakker. Geloof niet in het grote gelijk. Voor mij is dit monument een appel om het leven van elke mens te eerbiedigen.